Waarschuwing voor loonstop onvoldoende bij enkel verwijzing naar de wet

In een kort geding bij de rechtbank Overijssel heeft werkneemster de kantonrechter verzocht haar werkgever te veroordelen tot (onder andere) de betaling van haar loon vanaf 25 april 2016. Volgens werkgever is de stop van de loondoorbetaling echter terecht omdat werkneemster niet aan haar re-integratieverplichtingen voldoet.

De stop van de loondoorbetaling heeft werkgever per brief van 20 april 2016 aangekondigd en bij brief van 26 april 2016 heeft werkgever aangekondigd dat de loondoorbetaling daadwerkelijk met ingang van 25 april is stopgezet.

 

De re-integratieverplichtingen

Werkneemster is van mening dat zij de re-integratieverplichtingen niet kan nakomen omdat er van haar meer wordt verwacht dan dat zij kan in haar medische toestand.

Werkgever betwist dit en stelt dat zij niet heeft voldaan aan de gemaakte afspraken uit het plan van aanpak terwijl dat wel van haar mocht worden verwacht. Daarbij is werkgever afgegaan op het oordeel van de bedrijfsarts en de verzekeringsarts van het UWV. Werkgever heeft werkneemster voldoende ruimte gegeven door onder andere rustmomenten te creëren. Werkgever stelt tevens dat in het geval deze oordelen niet gevolgd zouden worden werkgever het risico loopt een loonsanctie van het UWV te ontvangen. Daarnaast stelt werkgever ook dat het niet aan werkneemster is om zelf te bepalen wat zij wel dan wel niet zou kunnen doen.

(Ten tijde van de behandeling van het kort geding is werkneemster in afwachting van het deskundigen oordeel dat zij heeft aangevraagd bij het UWV.)

 

De loonstop

De kantonrechter overweegt dat het niet houden aan de re-integratieverplichtingen inderdaad kan leiden tot het verval van recht op doorbetaling van loon dan wel de opschorting daarvan. Dit is echter pas mogelijk nadat werkneemster hiervoor onverwijld door werkgever is gewaarschuwd, nadat deze laatste dat heeft geconstateerd.

De reden hiervan is dat werkneemster zo snel mogelijk duidelijkheid heeft over haar recht op loon, zodat zij tijdig maatregelen kan treffen. Indien werkgever niet aan deze voorwaarden voldoet, dan kan hij vanzelfsprekend geen beroep doen op de stopzetting dan wel opschorting van de loondoorbetaling.

 

In dit geval heeft werkgever wel een brief gestuurd op 20 april 2016, maar heeft daarin enkel wetsartikelen vermeld en werkneemster niet gewaarschuwd dat de loondoorbetaling stopgezet zal worden indien werkneemster niet voldoet aan haar re-integratieverplichtingen. De kantonrechter oordeelt dat het enkel vermelden van de wetsartikelen niet toereikend is. Ook is er geen (schriftelijke) waarschuwing gegeven voorafgaande aan de loonstop, daar werkgever, na haar brief van 20 april 2016, enkel de brief heeft verzonden op 26 april 2016 waarbij werkgever aangeeft dat het loon reeds is stopgezet met ingang van 25 april 2016.

 

Volgens de kantonrechter blijkt dan ook niet dat werkneemster onverwijld in kennis is gesteld dat de loondoorbetaling zal worden gestopt en wat de reden daarvan is. Om die reden veroordeelt de kantonrechter werkgever tot betaling van het aan werkneemster toekomende loon vanaf 25 april 2016 in afwachting van een bodemprocedure waarbij de kantonrechter kan oordelen of de vordering van werkneemster inderdaad toewijsbaar is.

 

 

NOVO’s tip:

Dat een werkgever de regie heeft bij de re-integratie en daarom soms een middel moet inzetten om werknemer tot bewegen te motiveren is een verplichting die als hij die niet goed nakomt, door het UWV wordt afgestraft met een loonsanctie.

Een sanctie als loon opschorting en/of loonstop is echter een middel dat de werkgever wel zorgvuldig moet toepassen. Voorop staat natuurlijk dat de werkgever moet onderzoeken of het opleggen van een dergelijke sanctie passend is in de situatie.

Daarnaast is het van belang dat de werkgever duidelijk moet zijn en de werknemer waarschuwt onder welke voorwaarden de loonstop of -opschorting zal plaatsvinden en per wanneer.

Twijfelt u of de loonstop- of opschorting (on)terecht gegeven is of kan worden? Neem dan contact op met NOVO Advocaten via info@novo-advocaten.nl of bel naar 076-2056040.